Kratie, zeventig kilometer ten noorden van Kampong Cham op de oostelijke oever van de Mekong, is vooral mooi als de rivier laag staat en de stad op een heuvel lijkt te liggen. Van boven kijk je uit over de zandstranden van Koh Troung, het grote eiland bij de stad. In de regentijd is het een ander verhaal: dan loopt het omliggende land onder water en wordt de stad een soort eiland.
Dolfijnen bij Kampie
Dankzij de dolfijnen die iets stroomopwaarts bij Kampie zitten, is Kratie een populair tussenstation op de backpackersroute. Het is een aardig stadje om te overnachten; de meeste bezoekers komen rond het middaguur per boot aan, gaan 's middags dolfijnen kijken en gaan de volgende dag weer weg.
Als je jezelf iets meer tijd gunt kun je per moto enkele pagodes in de buurt bekijken: op weg naar Kampie kom je langs een mooie pagode op een heuvel, de Phnom Sambok, en verder naar het noorden, zo'n dertig kilometer van Kratie, ligt het curieuze dorpje Sambor met zijn bovenmaatse pagode.
Koloniale Franse gebouwen
Kratie werd al aan het begin van hun veldtocht door de Rode Khmer bezet, maar niet beschadigd. De stad heeft daardoor nog een Frans aanzien: aan de waterkant vind je sleetse maar mooie koloniale balkons, en ten zuiden van het centrum staat een aantal grote koloniale gebouwen (waarin nu overheidskantoren zitten) en vind je de elegante residentie van de provinciale gouverneur, waar tamme herten in de tuin grazen.
Het leven in Kratie speelt zich vooral langs de rivier af; het is leuk om er het reilen en zeilen te bekijken terwijl je bij een stalletje achter een glas suikerrietsap zit.
Van Kratie naar Kampie
Je kunt in een halve dag de dolfijnen zien bij Kampie en nog genoeg tijd overhouden voor het meditatiecentrum Phnom Sam-bok op de terugweg. Als je meer tijd hebt, kun je ook de alleraardigste tocht langs de rivier maken naar Sambor, veertig kilometer naar het noorden. Deze plaats was in de pre-Angkortijd belangrijk, maar er is niets over van de antieke gebouwen; de attracties zijn de boerenmarkt en de pagode.
Het is geen enkel probleem om een moto te krijgen voor de tocht naar de dolfijnen, voor circa $ 5 heen en terug inclusief wachttijd. Je kunt ook een brommer ($ 6 per dag) of fiets ($ 2 per dag) huren van de guesthouses You Hong of A Star en er zelf opuit trekken. De vijftien kilometer lange rit van Kratie naar Kampie duurt ongeveer een halfuur en gaat over een dijkweg die in de regentijd meer op een eindeloze brug lijkt. Het is een heel plezierig tochtje.
Teakbomen
In Kratie staan grote tropische dipterocarpe-bomen langs de weg, allemaal met een bordje met hun botanische naam (Hopea odorata dipterocarpacea). Een paar kilometer buiten de stad loopt de weg tussen schitterende teakbomen door, waarvan sommige honderd jaar oud zijn (weer met bordjes met de Latijnse naam, Tectona grandis). Zulke grote zul je op je reizen zelden tegenkomen, want vrijwel alle oude teakbomen in Azië zijn inmiddels illegaal gekapt.
De kompong-huizen in dit gebied zijn erg mooi. Ze zijn gebouwd van plaatselijk teakhout (herkenbaar aan zijn zilvergrijze glans) op hoge palen, met verfijnde daken van rode pannen. De deuren liggen op gelijke hoogte met de weg en als je voorbijrijdt vang je vanzelf een glimp op van het huiselijk leven - mensen die eten klaarmaken, kleren wassen enzovoort.