De Filipijnen beschikken misschien wel de mooiste paradijselijke eilanden van heel Zuidoost-Azië. En het zijn er maar liefst zevenduizend! Ja, dat zijn er nogal wat. Om je te helpen kiezen hebben de mooiste vijf eilanden vast voor je op een rijtje gezet en hoppen we van het ene paradijs naar het andere.
We slenteren over parelwitte stranden op Palawan, zwemmen in aqua blauwe meren op Coron Island, zoeken romantiek op Bantayan, duiken met haaien op Malapascua en spotten het bijzondere Filipijnse spookdiertje in Bohol.
5. Hét paradijs: Coron Island
Als je googlet naar ‘eilanden Filipijnen’ is de kans groot dat je een foto van Coron Island voorbij ziet komen. Het azuurblauwe water, de witte zandstranden, de steile kalkstenen rotsen en de knalgroene bossen zorgen voor dat perfecte plaatje en maken van Coron een echt paradijs.
Het eiland in de provincie Palawan heeft tientallen bijzondere plekken, waaronder Coron Bay. Deze baai heeft prachtig water in tinten van helder turkoois tot diepblauw en is omgeven door puntige rotsen, begroeid met weelderig groen. Je neemt hier een duik in de baai en ontdekt het mooiste onderwaterleven. In Coron Bay liggen namelijk meerdere scheepswrakken die de groei van natuurlijke riffen hebben gestimuleerd. Dit maakt de plek een van de beste spots om te snorkelen en duiken.
Een andere bijzondere plek op Coron is Lake Kayangan. Het water in het meer is het helderste van de hele Filipijnen. En vanaf de kant zie je de rotsformaties onder het wateroppervlak al liggen. Je bereikt het meer door een pittige wandeling van ongeveer driehonderd traptreden. Maar onderweg word je beloond met een van de mooiste uitzichten over Coron Bay. Daarna neem je een verfrissende duik in het meer.
Om Coron Island te bereiken vlieg je van Manilla naar Busuanga Airport en rijd je naar Coron Town. Vanuit het stadje regel je een trip naar Coron Island.
4. Ontdek geheime spots op Palawan
Vanaf Coron Island hop je door naar Palawan. Dit eiland is een van de bekendste eilanden van de Filipijnen en dat is niet voor niks. Het eiland is al meerdere keren uitgeroepen tot het mooiste eiland ter wereld. Mede dankzij zijn parelwitte stranden en kristalheldere water.
Palawan heeft een van de populairste spots van de Filipijnen, namelijke El Nido. Op deze 45 eilandjes aan de noordkant van Palawan bezoek je ondere andere Secret Lagoon. Je vaart eerst langs hoge kliffen en witte zandstranden vol kokospalmen en komt dan aan bij een ruige rotswand. In de wand zit een klein gat. Je moet je er even doorheen wurmen, maar eenmaal aan de andere kant schuilt de schoonheid van Secret Lagoon.
Op Palawan ontdek je ook de Kuyawyaw Falls. Dit zijn drie watervallen van rond de tien meter hoogte. Het water dondert hier langs de donkere rotsen naar beneden in helderblauwe meren. Knalgroene planten hangen idyllisch rondom de watervallen. Het perfecte vakantiekiekje schiet je hier gegarandeerd. Ga ook naar de laatste waterval, deze is moeilijker te bereiken dan de andere twee en daardoor een stuk rustiger.
Palawan ligt ten zuiden van Coron Island en strekt zich helemaal uit richting Borneo. Vanaf Busuanga vlieg je in een uurtje naar de hoofdstad Puerto Princesa. Of je pakt de Super Ferry, die iedere zaterdag vertrekt.
3. Bijzondere heuvels in Bohol
Na twee paradijselijke eilanden vol bounty-stranden gaan we door naar Bohol. Dit eiland is totaal anders dan de anderen en daarom misschien wel de leukste van de Filipijnen. In de binnenlanden spot je bijzondere bergen en ga je op zoek naar de leukste inwoners van de archipel.
Bohol staat bekend vanwege zijn Chocolate Hills. Euh...wat, bergen van chocolade? Klinkt hemels toch? Helaas, de heuvels zijn niet van chocolade gemaakt, maar ze zijn toch een bezoekje waard. In de binnenlanden van het eiland spot je glooiende groene heuvels, die rond maart en april helemaal bruin worden vanwege de droogte. Het landschap lijkt dan net op een doosje vol chocolade! Maar ook buiten deze maanden om is het landschap hier adembenemend. De bergen lijken net op reuzen-molshopen en geven de omgeving een surrealistisch beeld.
Een andere must-do op Bohol is: op zoek gaan de Filipijnse spookdiertjes. Dit kleine nachtdiertje wordt ook wel een tarsier genoemd en leeft alleen op Bohol. In Corella ligt het Tarsier Research and Development Center waar je de spookdiertjes kan zien in de opvang. Maar nog leuker is om vanuit hier de Tarsier Trail te lopen. Het pad kronkelt dwars door de wildernis en samen met een gids ga je op zoek naar het beestje in het wild. Dat je ze spot is niet zeker. De diertjes zijn super moeilijk te vinden, omdat ze heel schuw zijn en ‘s nachts leven.
Om de bijzondere heuvels en de lieve diertjes te bezoeken, vaar je met de ferry van Palawan naar Lloilo, naar Cebu en uiteindelijk naar Bohol. Dit kost je ongeveer anderhalve dag. Sneller ben je met het vliegtuig, dat van Puerto Princesa op Palawan naar Mactan op Cebu vliegt.
2. Romantisch Bantayan
Van Bohol maak je de oversteek naar Bantayan. Dit tropische eilandje heeft zand witter dan de tanden uit een tandpastareclame en het water is zó blauw dat je je zonnebril wel op moet houden. Dankzij de romantisch wuivende palmbomen is het eiland een perfecte honeymoon-bestemming.
Strijk samen met je liefje neer op Kota Beach. Dit strand is zó perfect dat je elkaar even moet knijpen, om te weten dat dit echt is. De kilometers lange zandstrook is de grens tussen de aqua blauwe oceaan en de groene wuivende palmbomen. Je bakt hier op het strand, koelt af in de zee en hopt van strandtent naar strandtent voor de lekkerste verse kokossapjes. Wacht vooral ook tot zonsondergang. Romantischer dan dit wordt het niet!
Genoeg van al die romantiek of gewoonweg geen liefje? Niet getreurd. Op Bantayan is nog iets veel spannenders te doen. Zet je bril op, maak je goed vast aan je instructeur en… jump! Spring uit een vliegtuig en bekijk dit pareltje van de archipel van bovenaf. Vanuit de lucht zie je pas echt uit hoeveel kleuren blauw de zeeën van de Filipijnen bestaan. Gaaf toch?
Om van Bohol naar Bantayan te komen, moet je via Cebu reizen. Vanaf Cebu Airport pak je het vliegtuig dat je in een half uurtje naar Bantayan brengt. Over land reizen kan ook. Pak de ferry naar Cebu City, dan een bus naar Hagnaya Port en dan weer de ferry naar Bantayan.
1. Neem een duik op Malapascua
Als laatste hop je naar Malapascua. Naast wederom prachtige bounty-stranden ontdek je hier een waanzinnige onderwaterwereld. Dit eilandje heeft namelijk een van de beste duiklocaties ter wereld en je spot hier dan ook haaien, manta-roggen, zeeslangen, zeepaardjes en natuurlijk de mooiste vissen en koraal.
Het eiland is dus een paradijs voor duikers. En dat is het ook voor haaien… Ja, dus een beetje lef heb je wel nodig voordat je hier in het diepe springt. In de wateren rondom Malapascua leven de bijzondere voshaaien. Deze haaiensoort heeft een gigantische staart en is zelden te zien op andere plekken. Daarnaast heeft hij gezelschap van witpunthaaien, hamerhaaien en soms zelfs walvishaaien.
Bekijk je het eiland liever bovenwater? Loop dan een rondje om Malapascua. Het eiland is ongeveer drie kilometer lang en een kilometer breed. Het grootste deel loop je langs de waanzinnige kustlijn over beeldschone stranden. Soms moet je een stukje het binnenland in, waar je het echte Malapascua ontdekt. In ongeveer twee uur heb je het rondje voltooid. Plof daarna lekker neer op Bounty Beach en geniet van je welverdiende mangosap.
Van Bantayan ga je met de ferry eerst naar Hagnaya Port op Cebu. Daar neem je de bus naar Maya Port, vanwaar je weer een ferry pakt naar Malapascua. Het reizen kost je ongeveer zes tot acht uur.
Heb jij al zin om van eiland naar eiland te hoppen in de Filipijnen? Check dan hier alle rondreizen door de archipel.
Fotocredits: Niraj Rajmohan